Mijn bullshit job

Leestijd: circa 3 minuten

Laat ik beginnen met te zeggen dat ik pas snapte dat ik een bullshit job had, toen ik al op weg was naar de uitgang. En dat ik niemand ergens de schuld van wil geven. Zoals Joris Luyendijk schrijft, het systeem waar ik in werkte is amoreel, mijn voormalige collega’s als individu zijn dat niet. Ook ik heb de kracht van het systeem ervaren. Je verandert het niet in je eentje.

Maar goed, er kwam dus een moment dat ik besefte dat wat ik deed niet gericht was op het beter bedienen van onze klanten. In de periode ervoor heb ik mezelf natuurlijk wel kunnen uitleggen waarom het goed was voor onze klanten. Dat zij er baat bij zouden hebben als we ze netjes in hokjes konden stoppen. Dat er geen tijd was om goed onderzoek te doen naar overeenkomsten en behoeften, was een aanwijzing. Het was vooral belangrijk om een spreadsheet op te leveren met instructies hoe een bepaalde klant zo snel mogelijk een product of dienst verkocht kan worden. Dan kunnen alle verkooporganisaties dat invoeren en komt het goed met de winstprognoses.

Terugkijkend kan ik er wel om glimlachen. Veel zaken heb ik zelf ingebracht. Als richting van denken, om te zien hoe het ons als bedrijf kon helpen om onze klanten te helpen met hun uitdagingen. Ik geloofde het oprecht. Ik was toen niet in staat om te zien en te horen dat de (nieuwe) methode werd gezien als oplossing om sneller het gestelde verkoopdoel te bereiken. Ik was naïef genoeg om te denken dat de methode een leidraad was, dat we al doende zouden leren. Dat was natuurlijk helemaal niet de bedoeling. Kennelijk had ik het met zoveel verve verkocht, dat er binnen no time resultaten verwacht werden.

Het bovenstaande past bij mijn permanente nieuwsgierigheid en het feit dat ik een generalist ben. Binnen het grote verband van een organisatie zijn de zaken die ik onderzocht en probeerde uit te voeren ongelooflijk interessant. Dat maakte dat ik er toch graag mee bezig was.

Daarnaast en volstrekt onofficieel was ik bezig met mijn echte vak. Mensgericht organiseren. Ik houd ervan om mensen te helpen met het stellen van andere en nieuwe vragen. Over allerlei onderwerpen en uiteindelijk vaak over henzelf. Wat is er nodig? Wat heb jij nodig? Elke verandering begint met de eerste vraag. Hoe beter die vraag, hoe waardevoller de verandering. Daarin zijn methodes slechts de leidraad. Ik gebruik wat op dat moment van toepassing is. Iedere situatie is anders en een methode zal nooit de gehoopte garantie geven. Als je uitgaat van de mensen (medewerkers en klanten!) en de context, dan kun je (delen van) methodes toepassen waar en wanneer nodig.

Geregeld kwam ik in contact met collega’s die door iemand anders naar mij verwezen waren. “Je moet eens met Lindsie praten.” Ook leuk als bedrijfsnaam! Mijn vak is mensen helpen met vragen die er toe doen. Over organiseren, over leidinggeven en over henzelf. Maar dat was dus niet mijn werk. Dat stond niet in mijn functie-omschrijving en dat zou ook nooit gebeuren. Veel te ongrijpbaar, niet te vatten in een spreadsheet met targets. Terwijl dat het meeste waarde toevoegde. Voor de ander en voor mijzelf.

Het besef dat ik een bullshit job vervulde en dat ik iets waardevols kan dat nooit mijn werk zou worden, bleek niet lang vol te houden. Zodra ik snapte dat deze combinatie het altijd net-niet gevoel opleverde, kon ik het niet meer negeren. Ontslag nemen was onvermijdelijk. Ik wilde het echt uitoefenen van mijn vak een kans geven.

Ik heb gekozen om met dat wat ik goed kan, mijn vakmanschap, waarde toe te voegen. De carrière die ik had, heb ik opgegeven. Althans dat is hoe veel mensen het zien. Dat ik veel heb opgegeven. Niet in de laatste plaats het goede salaris. Maar ik heb nooit het gevoel gehad dat ik “carrière aan het maken” was. Ik werkte bij een groot bedrijf waar ik geregeld de kans kreeg om nieuwe dingen te doen, nieuwe facetten te leren kennen en dus te blijven leren. Is dat carrière maken?