Geen perfecte, wel een praktische idealist

20 jan 25 | Blog

Leestijd: circa 3 minuten

Het idealistenvooroordeel: geitenwollen sokken en preken

Het woord “idealist” roept niet bij iedereen een positief beeld op. Het wordt vaak geassocieerd met geitenwollen sokken, een pessimistische kijk op de wereld en opdringerige idealen.

Er hangt een sfeer van perfectionisme en nooit goed genoeg omheen. Precies de dingen die ervoor zorgen dat er niks verandert. Perfectionisme werkt verlammend. Als het nooit goed genoeg is lever je dus nooit wat op.

Als idealisme overweldigt

Ik kan ook overvallen worden door wat er allemaal niet goed gaat. Door de bende die we er met z’n allen van maken. Ik kan mopperen tegen de tv als ik reclame zie voor onzinproducten (geurbolletjes voor in je wasmachine, anyone 🙄).

De moed zakt me in de schoenen als ik zie hoe moeilijk het gemaakt wordt om andere keuzes te maken. Hoeveel tijd, geld en aandacht daaraan besteed wordt. Als ik daar te lang bij stil sta, ben ik zo ex-idealist. Ik heb er namelijk geen directe invloed op. Die dingen veranderen is te groot voor mij in mijn eentje.

Kleine stappen, in je eigen tempo

Als ik het klein en dicht bij mezelf hou heb ik wel invloed. Ik kan andere keuzes maken. Ik kan dingen laten of juist wel doen.

Stapje voor stapje kan ik mijn leven en werk anders inrichten. Weg blijven van perfectionisme om niet stil te vallen. 100% vegetarisch eten lukt nog niet, 80% wel. (En als je nu de neiging voelt om iets over “eigenlijk veganistisch” te roepen – zie de volgende paragraaf).

Het ideaal is minder spullen in combinatie met niets nieuws kopen. Maar als het matras aan vervanging toe is, komt er toch echt geen tweedehandsje. Voor meubels, kleding of een extra bloempot is dat een ander verhaal. Ik blijk nog blij te worden van de zoektocht ook😊 Een mooie tafel vinden of een Keulse pot aan mijn verzameling toevoegen is zoveel leuker dan nieuw kopen.

Van preken naar doen

De idealist in mij heeft dat echt moeten leren. Want als de zaak je aan het hart gaat, dan wil je dat anderen met je meedoen. Je kunt het niet aanzien dat het niet “goed” gaat. Toch is dat het moment dat de idealist als irritant en opdringerig wordt ervaren. En met recht.

Ik ben niet gezellig als ik op mijn preekstoel zit. Het is ook helemaal niet effectief. Ik duw mensen alleen maar weg als ik ze blijf vertellen wat ze allemaal moeten en nog niet goed doen.

Vertellen over hoe ik stapje voor stapje dingen verander helpt wel. Of bijvoorbeeld mijn buurdochter uitnodigen mee te gaan naar de tweedehands kledingwinkel. Dat leverde in eerste instantie een flinke frons op😃 Inmiddels vraagt ze eens in de zoveel tijd of we weer eens naar de “kilo-winkel” kunnen. Want ze hebben er niet alleen leuke en bijzondere dingen, het is ook voor haar kledingbudget heel prettig.

En nee, ze koopt niet alleen tweedehands. Ze is 14 en zich bewuster van de impact die haar keuzes hebben dan ik was op die leeftijd. Dat is genoeg.

Praktisch idealisme: doen wat wél kan

Dat is waarom de term praktisch idealist de lading dekt. Doen wat kan, wat binnen je invloedsfeer en soms net een beetje buiten je comfortzone ligt.

  • Niet mopperen. Niet op jezelf en niet op anderen.
  • Volg mensen die je inspireren. Mensen die je aan het denken zetten, zonder dat je het gevoel krijgt dat je tekort schiet.
  • Je kunt werken vanuit de overtuiging dat we allemaal tekort schieten. Of vanuit de overtuiging dat we allemaal doen wat we kunnen.
  • Je mag kiezen. Kies wijs.